Konstant Rybrandt ten Neve, bedelaar

De naam komt ook voor met dubbel ‘e’.

Konstant Rybrandt ten Neve wordt 25 oktober 1822 de Ommerschans binnengebracht vanuit het werkhuis te Hoorn. Hij krijgt in het boek gemerkt A (Drents Archief toegang 0137.01, archief van de Rijkswerkinrichtingen te Veenhuizen en Ommerschans, invnr 422) het bedelaarsnummer 124.
Volgens die inschrijving is hij geboren 11 april 1798 te ‘Ter Goes’, als zoon van Marinus te Neve en Anna Moesen, en heeft hij het laatst gewoond in Middeburg.
Konstant Rybrandt ten Neve is vijf voet en vier duim lang, heeft een lang aangezicht en een rond voorhoofd, blauwe ogen, een spitse neus, een ronde kin, zwart haar en geen bijzondere kenmerken.

Konstant Rybrandt ten Neve behoort tot de vier mannen die in de nacht van 4 op 5 november 1822 als eersten van de schans deserteren, beschreven in De bedelaarskolonie blz 104-106.

Die ontvluchting wordt ook genoemd in het boek van Albert Piel dat staat op de site van de historische vereniging Avereest (htpp://www.hvavereest.nl). Piel maakt melding van de brief van adjunctdirecteur Hoff aan de gemeenten in de omgeving. Volgens Piel verzoekt Hoff daarin dat deze voortvluchtigen werden aangehouden overal waar deze zich buiten de Limieten der kolonie zullen vertonen, om daarna aan de Directie te worden overgeleverd. Voorts beschrijft Hoff hoe de voortvluchtigen aan hun bedelaarskleding te herkennen zijn en noemt hij hun namen en enige gegevens:
– Huig van der Grind, geboren te Hoorn, 2 mei 1787, gewoond hebbende te Hoorn.
– Constant Rijbrand ten Neeve, geboren te Goes, 11 april 1798, gewoond hebbende te Middelburg.
– Christiaan de Ruiter, geboren te Amsterdam, 24 augustus 1899, gewoond hebbende te Amsterdam.
– Pieter Tielemann, geboren te Bielefeld, 5 juli 1775, gewoond hebbende te Coevorden.

Konstant Rybrandt ten Neve wordt door de politie van Hardenberg opgepakt en teruggevoerd en ondergaat het ‘proces’ en het enorme pak slaag als beschreven in De bedelaarskolonie blz 105-106.

Volgens het brievenboek Drents Archief, toegang 0186 invnr 20, komt er 26 november 1822 een brief binnen van ‘J.A. Friedenberg uit Middelburg, verzoekt om den bedelaar C.R. de Neve, in het instituut te Ommerschans, de bijgevoegde procuratie ter afdoening van den boedel zijns overleden vaders te Vere, ter teekening te doen geworden en daarna weder terug te zenden.’

 

Volgens hetzelfde brievenboek stuurt de permanente commissie dat op 28 november 1822 door naar de directeur.

 

Ten Neve behoort tot de groep, genoemd in De bedelaarskolonie blz 244, die op 23/24 mei 1825 als allereersten overgaan van de Ommerschans naar het tweede gesticht te Veenhuizen.

Zijn inschrijving loopt door in het boek gemerkt F, maar dat heb ik niet ingezien.