Anne Boelde of – wat net zo vaak voorkomt – Anna Bolde is de ‘levante’ bij de doop van Marijtje Rooks’ tweede kind, genoemd in De bedelaarskolonie blz 261.
Anne Boelde wordt 13 maart 1823 de Ommerschans binnengebracht vanuit het Gesticht van Brugge. Ze krijgt in het boek ‘gemerkt A’ (Drents Archief, toegang 0137.01, invnr 422) het bedelaarsnummer 601.
Volgens die inschrijving is zij geboren in juni 1789 te Brugge.
Anne Boelde heeft een ovaal aangezicht, een hoog voorhoofd, blauwe ogen, bruin haar, spitse kin, kleine neus en als bijzonder kenmerk ‘een wijnig pokdalig’.
Haar inschrijving loopt door tot in het boek gemerkt F en daar staat ook dat zij vijf voet, vier duim en drie streep lang is.
Anne Boelde wordt 2 juni 1830 ontslagen.