27 januari 1819, antwoord aan baron van Dedem

Op woensdag 27 januari 1819 stelt Johannes van den Bosch een concept-antwoord op aan baron van Dedem als reactie op diens brief van 12 januari. Dit concept bevindt zich in invnr 1438, waar ook het figuratieve kaartje van Van Dedem zich bevindt.

’s Hage den 27 jan. 1819

Hoogwelgeboren Heer!

Het heeft mij, tot een bijzonder genoegen gestrookt bij uwe zeer belangrijke missive van den 12 dezer te mogen ontvangen een figura­tief kaartje, geschikt om de ligging van de Ommerschans en omliggen­de gronden aan te duiden.

Volkomen ben ik, benevens de Permanente Kommissie, overtuigd dat de Ommerschans en omliggende gronden eene gunstige gelegenheid aanbied, om aldaar eene kolonie te vesti­gen, en eerstdaags zullen van onze zijde de noodige demarches gedaan worden, om daar toe de vereischte toestemming en middelen te bekomen.

Zeer gaarne zal ik als dan van het beloofd aanbod van UwHoogwelgeb. gebruik maken om in loco alle de inlichtingen te ontvan­gen, welke kunnen gevorderd worden, om deze onderneming op de best mogelijke wijze tot stand te brengen, iets waarvan ik mij  te eerder durve vleijen, wanneer iemand, gelijk UwHoogwelgeb. bekend met de lokale omstandigheden en in het bezit van middelen die buiten schade strekken kunnen om het oogmerk te bevorderen, genegen is aan de Maatschappij de behulpzame hand te bieden.

Het zal mij een aangename taak zij, aan onzen doorluchtigen voorzit­ter, Zijne Koninklijke Hoogheid Prins Frederik, bij de overlegging van het ontwerp ook de gunstige gevoelens van UwHoogwgeb. dien­aangaande te mogen berigten; en zeer gaarne zal ik van de tijd mijner overkomst Uw­Hoogwgeb. tijdig narigt doen toekomen.

Dezelve zal denkelijk niet voor de maand van maart aanstaande kunnen plaatsheb­ben.

Gelieft inmiddels de verzekering aan te nemen, dat ik mij vereer met hoogachting te zijn

HoogWelGeborene Heer!
UWHWGeb DWDienaar

(Johannes van den Bosch)