13 november 1828, veteranen als veldwachters

Op blz 284 van De bedelaarskolonie wordt melding gemaakt van de aanstelling van militaire veteranen als veldwachters en handhavers van de orde op de Ommerschans. Met onder andere als gevolgen dat het militaire garnizoen dat op de schans gelegerd was terug naar Zwolle kan en dat er voortaan niet alleen in Veenhuizen maar ook op de Ommerschans militaire veteranen wonen. Zie voor wat meer informatie over die veteranen de bladzijde op www.schackmann.nl.

 

Hier de volledige tekst van het besluit over de aanstelling (Drents Archief, toegang 0186, invnr 988):

 

Besluit, houdende aanstelling van eenige Militairen der Garnizoens Kompagniën in de koloniën opgenomen tot veldwachters aan de Ommerschans van den 13 november 1828.

De Permanente Kommissie van Weldadigheid, overwegende de mogelijkheid en nuttigheid, om de veldwachters dienst te Ommerschans, even als tot hiertoe te Veenhuizen plaats heeft gehad en, deels door overgenomene Militairen van de garnizoens kompagniën te doen waarnemen en om als dan ook aan die veldwachters op te dragen het bewaren en handhaven van de rust en goede orde in het Gesticht, waartoe tot nu toe een detachement militairen van het garnizoen van Zwolle, aldaar gelegen was.

Overwegende, dat hierdoor aan een aantal der overgenomen Militairen van de garnizoens-compagniën eene, boven de gewone versterkingen, niet onaanzienlijke verdienste kan worden verschaft, in eene betrekking, welke het meest aan hunne vroegere overeenkomt, dat door deze militairen ongetwijfeld doelmatiger en beter dan door Bed-kol’n zelven in de dienst zal worden voorzien en als mede het Detachement Militairen ontbeerlijk gemaakt.

Gelet op de voordracht van den Heer Direkteur de koloniën van die genen der Militairen welke om den post van veldwachter hebben verzocht en daartoe zijn geschikt gevonden.

Besluit:

Art. 1
Van den eenen December aanstaande af zal de veldwachters dienst bij het bedelaars gesticht te Ommerschans grotendeels en vervolgens geheel en al, overgaan op Militairen van de garnizoens compagniën, in de koloniën opgenomen.

Art. 2
Aan de veldwachters te Ommerschans wordt bij de zorg tegen ontvlugting van kolonisten en naar dezelven terug brenging na hunne verwijdering mede opgedragen het getrouw bewaren en handhaven van de rust en goede orde, zoo wel binnen het Gesticht als op het veld waartoe zij aan de Directeur alle diensten zullen moeten bewijzen welke hun door dezelve zullen worden voorgeschreven of dan wanneer het noodig mocht zijn nader gegeven.

Art. 3
Tot veldwachters te OmmerSchans worden benoemd en aangesteld:
– de korporaal M. Lang
– de korporaal E. Rulach
– de korporaal J. Schipper(s)
– de kanonnier A. van Wijk
– de kanonnier H de Rijk(e)
– de fuselier F. Fagnard
– de fuselier J. Gasman
– de fuselier G. van den Bos(ch)
– de fuselier C. Dops
– de fuselier J. M. Mildners
– de fuselier J.H. van der Kamp
– de fuselier J.E. Dervijn
En tot Opper-veldwachter de sergeant C. de Bruin

Art. 4
Het tractement van deze veldwachters wordt bepaald op twee gulden en van de opper-veldwachter op drie gulden, ’s weeks.
En zal hiervan afschrift worden uitgereikt aan den heer Direkteur der Koloniën, tot uitvoering en nazicht.
Aldus geaccordeerd door de Perm. Komm’ie van Weldadigheid, te ’s Gravenhage den 13e nov. 1828.
get. J. Sluiter

Bijgevoegd is een lijst met de veteranen die zich aangemeld hebben. Achttien namen waarvan de bovenstaande dertien dus uitgekozen zijn.