Elisabeth Klaassens, bedelaar

Elisabeth Klaassens wordt met naam genoemd in De bedelaarskolonie op blz 280.

Elisabeth Klaassens wordt 24 november 1827 de Ommerschans binnengebracht door de gemeente Groningen. Zij krijgt in het boek gemerkt F (Drents Archief toegang 0137.01, archief van de Rijkswerkinrichtingen te Veenhuizen en Ommerschans, invnr 425) het bedelaarsnummer 650.
Volgens die inschrijving is Elisabeth Klaassens geboren 24 september 1807 te Groningen en is haar geloofsovertuiging ‘gereformeerd’.
Elisabeth Klaassens is 1 el en 590 streep lang, heeft een ovaal aangezicht, een bleke kleur, bruin haar en blauwe ogen, een spitse neus, grote mond, ronde kin en geen bijzondere kenmerken.

Zij wordt vermeld in ‘Nota van aanmerkingen gemaakt door de Administratie voor het Armwezen op de staten van invalide bedelaarskolonisten voor het half jaar van 1 dec. 1827 tot 1e january 1828 om opheldering door de koloniale directie’ (Drents Archief, toegang 0186, invnr 1538).

De opheldering van de koloniale directie (Wouter Visser) luidt in dat stuk:
Betreft no 650
Elisabeth Klaassens, is den 24 nov 1827 uit Groningen aangebragt, onder welke reize haar de voeten zijn bevroren, hetgeen ten gevolge heeft gehad dat haar alle de tenen zijn afgezet; hoewel zij nog jong is , is het nogthans niet te voorzien, dat zij, en door dat gebrek, en door haar aanhoudende zwakte en debeleteit, immer haar onderhoud zal kunnen verdienen.

Elisabeth Klaassens wordt 12 september 1830 overgeplaatst naar Veenhuizen.
Haar inschrijving loopt door in het boek gemerkt G en daar staat dat zij 14 september 1835 is ontslagen.

Maar later zal ze nog diverse keren terugkeren. Ze krijgt dan de bedelaarsnummers
– G 46,
– H 61 (als Klaassen zonder ‘s’ op het eind),
– M 4707 (ook zonder ‘s’ op het eind), en
– N 227-2601.