Haye Harms Huizinga, bedelaar

Zoon Harm Hayes Huizinga wordt met naam genoemd in De bedelaarskolonie blz 221.

Haye Harms Huizinga wordt 22 december 1823 de Ommerschans binnengebracht door de stad Groningen. Hij krijgt in het boek gemerkt A (Drents Archief toegang 0137.01, archief van de Rijkswerkinrichtingen te Veenhuizen en Ommerschans, invnr 422) het bedelaarsnummer 1241, dat later wordt doorgestreept en vervangen door 1070.
Volgens die inschrijving is hij geboren in 1784 te ‘Ouwert’.
Haye Harms Huizinga is vijf voet en drie palm lang, hij heeft een rond en blozend aangezicht en een rond voorhoofd, blauwe ogen, een dikke neus, een ronde kin, blond haar en geen bijzondere kenmerken.

Hij is bij binnenkomst vergezelde van zijn echtgenote:

Trijntje Klasens van der Dijk krijgt in het boek gemerkt A het bedelaarsnummer 1242. Er is geen signalement van haar opgemaakt.

En hun beide kinderen:

Harm Hayes Huizinga krijgt in het boek gemerkt A het bedelaarsnummer 1243. Volgens die inschrijving is hij geboren in 1812 te ‘Klein gerent(?)’, als zoon van Haye Harms Huizeinga en Trijntje Klaassend van Dijk, en heeft h/zij het laatst gewoond in Groningen. Harm Hayes Huizinga is vier voet lang, hij heeft een rond en blozend aangezicht en een rond voorhoofd, blauwe ogen, een brede neus, een ronde kin, blond haar en geen bijzondere kenmerken.

Klaas Hayes Huizinga krijgt in het boek gemerkt A het bedelaarsnummer 1244, dat later wordt doorgestreept en vervangen door 714. Volgens die inschrijving is hij geboren 16 november 1818 in ‘Tiekerk in t Groningerland’, als zoon van Y en Y, en heeft h/zij het laatst gewoond in Frederiksoord (wat mij zou verbazen wat daar ben ik hem nergens tegengekomen).

Zoon Harm Hayes Huizinga overlijdt 23 maart 1824.
Moeder Trijntje Klasens van der Dijk overlijdt 2 april 1824.

De resterende gezinsleden, dus vader Haye Harms Huizinga en zoon Klaas Hayes Huizinga, worden ontslagen 8 september 1825.