maart 1823, bouw werkloodsen en hospitaal

Onderstaande bevindt zich in invnr 64 en is een van de bijlagen bij een brief van Johannes van den Bosch dd 12 maart 1823, zie hier.

Hij gaat eerst in op de gevolgen van het aanvullend contract voor nog eens 200 bedelaars, zie hier, waardoor enkele nu voor andere zaken gebruikte zalen in het gebouw ook tot woonruimtes bestemd moeten worden. Daarom komen er gebouwtjes op het middenplein, die hij de ene keer atteliers noemt of zalen noemt, maar die later steeds als loodsen omschreven worden. Verder wil hij een aparte ziekenzaal, later meestal het hospitaal genoemd, en een bakkerij die is ingericht voor aardappelbrood. Tenslotte nog wat kleinere voorstellen.

Omdat hij veel verschillende onderwerpen behandelt, heb ik wat afscheidingsstreepjes gezet en sommige dingen vet gemaakt.

 

WelEdele Heeren!

Door het nieuw aangegaan kontrakt om in plaats van duizend, twaalf honderd bedelaars te vestigen in de Ommerschans, is het nodig geworden eene grotere uitbreiding te geven aan de locale voor huisvesting bestemd.

Thans zijn er 24 zalen, ieder voor 40 a 42 personen, en zes zalen die tot onderscheidene eindens, als ziekenzaal, spinzaal weefzaal, school, magazijn van levensmiddelen, kleeding, en een zaal tot differente einden als timmeragie, kuiperswerk etc gebruikt worden.

De ondervinding doet zien dat kolonisten gehuisvest buiten het Etablissement minder wel gesurveilleerd worden, dat buiten dien moeijelijk is eenig fabriek arbeid buiten den omtrek te doen verrichten, zonder gevaar te lopen dat grondstoffen ontvreemd worden; de binnen ruimte is groot genoeg om de plaatzing van een paar zalen van een verdieping toetelaten.

Het schijnt mij dus van belang alle atteliers in zodanige zalen overtebrengen, en de 30 zalen voor woningen te gebruiken, als wanneer geschiktelijk 1200 menschen kunne worde gehuisvest. –

de zieke zaal echter zou in een der bastions behore te worden geplaatst, dat bij aanstekende ziektens van belang kan zijn, dezelve behoorde ook eenigzins groter te zijn, dan de tegenwoordige, om dat het getal der perzonen groter word, en eene bekrompen berging voor de zieken dikwerf verplicht om dezelve in de zalen te houden dat schadelijk is voor de gezonden.

Na mijne gevoelen zou derhalve eene ziekenzaal van een verdieping en 18 voeten breed in het Oostelijk bastion behoren te worden gebouwd en van 100 voeten lang. –

twee zalen ieder van 160 voet lang op het binne plein van gelijke breedte en daarin worden overgebragt de atteliers voor de wevers, spinners, smid, timmerlieden, schoenmakers, klerenmakers en kuipers.

De kosten van zodanige zalen zullen op ƒ300:- de roeden te staan komen, en dus deze gebouwen p.m. ƒ10,000:- kosten.


Behalve deze is eene broodbakkerij van aardappelen voor zulk een etablissement een zaak van aanbelang, de tegenswoordige belasting hoe schijnbaar gering ook bedraagt over een geheel jaar genomen meer als ƒ1000; door het gebruik van aardappelen word dezelve tot op de helft vermin… ? dat reeds geene geringe besparing opleverdt.

In de 2de plaats word voor ieder mensch voor brood op de gewone wijze 6 schepels rogge gevorderd, en dus voor 1200 menschen 7200 schepels, hier toe moeten 120 morgen lands gecultiveerd worden; gebruikt men aardappelen dan zijn 3600 schepels rogge en dus 60 morgenlands voor dat produkt voldoende en 1200 (of 7200?) schepels aardappelen die gemakkelijk op 30 morgens kunnen worden gecultiveerdzo dat de Maatschappij jaarlijks 30 morgen rogge meerder zal kunnen verkopen dus meerder voordeel genieten, goedkoper en smakelijker brood zal verschaffen; tevens is de aardappel cultuur minder wisselvallig en minder bloot gesteld aan misgewassen en bovendien zal de Maatschapij daardoor een nieuw midddel om arbeid te verschaffen in haar zelf bezitten dewijl het arbeidsloon dat aan brood door menschen verdiend wordt op 7 a ƒ800 geschat kan worden.

De turf schuur thans in het Etablissement voorhanden is een solide gebouw, en daartoe geschikt.ƒ400:- word gevraagd om hetzelve tot een Bakkerij te appoprieren en ƒ900 voor het machine zo als hier gebruikt word, ƒ500 is dan nog nodig voor het kneeden machine en andere gereedschappen zo dat deze inrichting ƒ1800 vordere zal, bovendien zal men eene nieuwe turfloos moeten zetten welke minder solide behoeft te zijn en welke ƒ1200 zal kosten.

Vreemd arbeidsvolk in de Schans te brengen is intusschen met veele bezwaren verbonden. Ik stel derhalve voor om de houtwerken geheel klaargemaakt aantebesteden, eenige bekende metzelaars bij het ?? den opbouw der steenen aantebesteeden, voor zo verre die in het instituut zelve niet gevonden kunnen worden en op deze wijze den omslag te verminderen.

ik ben stellig overtuigd dat dit verreweg de minst kostbaarste wijze en het gekorste(?) middel is van goed werk te verkrijgen en durve er voor instaan dat het geakkordeerde op die wijze niet zal worden gesurpasseerd.

Mogten deze voorstellen worden goedgekeurd dan zal ik nader bestekken hiervan ingezonden

Door deze maatregel zou tevens vervallen de reeds geakkordeerde werkloots die alleen dan doelmatig geweest zou zijn als de woningen der kolonisten op de wal geplaatst geweest waren, gelijk eerst mijn oogmerk geweest was, dan waar van ik bij nader onderzoek teruggekomen ben, de menschen zoo veel mogelijk onder het oog te houden is een maatregel van het grootste belang.


Al verder moet ik voorstellen om op de agtste hoeve, die binnen de Ommerschans gelegen is, geene boere woning te bouwen en deze grond te bestemmen tot cultivering van grondstoffen voor de fabriek, als vlas en olij(?) benevens kweekerij van hout en vruchtbomen, waaraan wij jaarlijks veel geld moeten besteden.

De grond om de Schans is hier toe uitmuntende geschikt, de mest is nabij, en het voordeel dat op deze wijze verkregen word, kan zeer groot zijn. Dit zou aan de eene kant eene besparing opleven voor hietens(?) van pl: m: ƒ1300.- (een schapenstal blijft echter noodzakelijk) doch aan de andere kant zou dit jaar aan die gronden ƒ1000:- meer aan mist voor de vlasteelt moeten worden besteed, doch dan ook het vlas voor eige gebruik kunnen worden gewonnen.


Voor de kleeding is toegestaan ƒ15- daar is thans op uitgegeven ƒ13,25. Dan onder de bepaling was niet begrepen eenig schoeizel. Ik stel derhalve voor ieder een paar klompen te accorderen tegen 37 ½ cts. Deze worde in het instituut zelve vervaardigd.


Dikwerf zijn er in de kolonien opmetingen te doen. De wijkmeester Ketel is geadmiteerd landmeter en zou tot dit einde kunnen wor­den gebruikt. Hij geniet thans ƒ5 s weeks, het zal voor de Maatschappij verkieselijk zijn hem ƒ6 te accorderen, onder voorwaarden dat hij den dienst(?) van landmeter tevens waarneemt, hetwel ik mits dezen proponeer.


De Onder Direkteur Harlof heeft thans geen winkel, gelijk de overige onderDi­rekteurs, en zeer veel te schrijven, waar toe hij veel papier gebruikt. Ik geloof het met het belang van de Maatschappij strokende is, hem ƒ50- voor bureaukosten toetestaan.


Ook een hand brand spuit zou voor het instituut van belang kunnen zijn, de kosten daar van bedragen ƒ60 à ƒ65 buiten het brand??, ik stel voor die te doen aankopen.


Tevens is een modificatie nodig in het door mij geprovoceerd besluit der huishoudelijke bepalingen van den 11 december 1822 en wel bepaaldelijk van het 12 en 15 artikel waar bij bepaald word dat als de verdiensten eener zaal per hoofd meer bedraagt dan 24 stuivers er echter niet meer zal worde uitbetaald maar voor hun die eene grootere verdienste hebben eene tweede reserve zal worden aangelegd.

Het blijkt in den eerste plaats, dat deze bepaling niet nodig is om dat de algemeene verdiensten van alle zalen de bepalingen niet te boven gaan. –

Ten 2den is die bereekening voor de meeste zaal meesters te moeijelijk. Hierdoor ontstaan abuizen en word dikwerf een man bevoordeeld of benadeeld dat tot veel ongenoegen aanleiding geeft. –

In de 3e plaats is het voor de Maatschappij voldoende dat de massa der verdiensten datgeene niet te boven gaat wat aan arbeidsloonen verdiend kan worden.

Ik stel derhalve voor dat besluit in zo verre te altereren dat hier de gezamentlijke verdiensten en niet eener zaal in het bijzonder ten grondslag aangenomen word. Dat zal de administratie vereenvoudigen en even goed het doel bereiken.


In nevens gaande concept besluit heb ik de hoofdpunten van deze mijne voorstellen vervat, welke ik de eer heb aan de beoordeling en verbetering der Kommissie te onderwerpen.

Concept Besluit No 1: bouw lootsen en ziekenzaal

Concept Besluit No 2: grond van hoeve 8 bebouwen

Concept Besluit No 3: klompen:
De Permanente Kommissie overwegende dat bij de bepaling van de kleeding voor de kolonisten aan de Ommerschans niet is voorzien geworden in het schoeizel voor dezelve heeft besloten gelijk dezelve besluiten bij deze:
Bij den aankomst van ieder kolonist zal aan dezelve worden verstrekt een paar klompen voor eerste mise en daarvoor in rekening gebragt worden f 0,37 ½

Concept Besluit No 4: landmeter Ketel
Concept Besluit No 5: toelage Harloff
Concept Besluit No 6: handbrandspuit
Concept Besluit No 7: aanpassing huishoudelijke bepalingen

 

Volgens het brievenboek met invnr 20 stuuty Johannes op 26 mei 1823 de bestekken voor de ‘werkloots’ en het hospitaal.