Stukken over de Ommerschans

Tenzij anders vermeld komen deze stukken uit het Drents Archief, toegang 0186, het archief van de Maatschappij van Weldadigheid. Als er alleen een inventarisnummer (invnr) staat, komt het uit dit archief. Om praktische redenen staan sommige artikelen op www.schackmann.nl

De eerste stappen

  • 30 september 1818, professor Tydeman tipt de secretaris van de Maatschappij van Weldadigheid over de Ommerschans
  • 12 januari 1819, brief van baron van Dedem over de mogelijkheden tot kolonisatie bij de Ommerschans
  • 27 januari 1819, antwoord door Johannes van den Bosch op de brief van baron van Dedem
  • 23 maart 1819, er schijnen eerste plannen gemaakt te zijn en er wordt een verzoek aan de koning gedaan de Ommerschans ter beschikking te stellen
  • 28 juli 1819, Koninklijk Besluit waarbij de beslissing over de Ommerschans wordt uitgesteld
  • 31 juli 1819, tussen de vele oproepen iets tegen de bedelarij te doen, is ook de bijdrage van de gouverneur van Drenthe die de bedelarij ten platte lande beschrijft
  • 14 augustus 1819, bij Koninklijk Besluit krijgt de Maatschappij het vruchtgebruik van de Ommerschans ‘om dezelve tot een bedelaars instituut te kunnen inrigten’
  • 26 oktober 1819 is blijkbaar de oficiële datum dat de Maatschappij de vesting in bezit krijgt, volgens het overzicht van grondbezit

1819-1820

  • 8 september 1819, de subcommissie van weldadigheid in Nederlands Indië schrijft over luie buiken en andere notities over bedelaars
  • 25 september 1819, Karl Franz Ludwich Fenner wordt aangesteld als onderdirecteur, hij zal februari 1820 op de schans gaan wonen, zie voor meer over hem vanaf deze pagina
  • rest 1819, in de resterende maanden van het jaar wordt gedacht over personeel voor de schans, maar de gemeente Ommen is inmiddels ook wakker geworden dus er moet ‘onverwijld posessie genomen worden’
  • 8 februari 1820, onenigheid met Ommen die nog geruime tijd voortsleept
  • 18 maart 1820, koning Willem I geeft WEL toestemming een kanaal vanaf Ommen naar de Dedemsvaart te graven maar GEEN geld
  • 23 april 1820, voorlopige overeenkomst tussen Johannes van den Bosch en baron van Dedem
  • 22 mei 1820, de directeur doet verslag van de bouwwerkzaamheden op de schans
  • 25 mei 1820,voorlopig contract tussen de permanente commissie, de gemeente Ommen en baron van Dedem ‘betrekkelijk het koloniseren bij de Ommerschans’
  • *** van juni 1820 tot december 1820 ontbreekt de ingekomen post van de permanente commissie. Vermoedelijk ooit weggeroofd om de identiteit van Willen en Marianne der Nederlanden te verbergen, zie hier. Daardoor over de Ommerschans alleen informatie uit notulen en brievenboeken ***
  • ± 7 augustus 1820, op niet helemaal bekende datum treedt Wouter Visser aan als adjunct-directeur van de Ommerschans
  • augustus 1820, plan voor 50 hoeves en bemesting door schapen
  • rest 1820, de eerste strafkolonisten gaan naar de Ommerschans. NB: verder doe ik op deze pagina niet alles van de strafkolonie, maar richt ik mij vooral op het bedelaarsgesticht en de hoeves. Voor meer over de strafkolonie verwijs ik naar deze pagina.

1821

  • 19 januari 1821, eerste opzet voor de inrichting van de Ommerschans (zoals het nooit is uitgevoerd)
  • 20 januari 1821, curieuze correspondentie tussen onderdirecteur Fenner en de met verlof in Sliedrecht verblijvende adjunct-directeur Visser
  • 6 februari 1821, de directeur der koloniën heeft er een hoofdpijn-dossier bij: de administratie van de schans
  • 12 februari 1821, er is sprake van planontwikkeling voor de opvang van bedelaars, maar vooralsnog schiet het alle kanten op
  • 24 februari 1821, de directeur en adjunct-directeur proberen praktische zaken te regelen, zoals een fabrieksbaas en tuintjes voor de employés
  • 20 april 1821, adjunct-directeur Wouter Visser verlaat de Ommerschans en wordt algemeen directeur der koloniën
  • 27 juni 1821, onderdirecteur Fenner begint brieven te schrijven die leiden tot zijn ontslag, wat wrdt teruggedraaid als hij door het stof gegaan is
  • 28 augustus 1821, koninklijk goedgekeurde voorwaarden waaronder de Maatschappij bereid is bedelaars op te nemen
  • 25 november 1821, een door directeur Visser in elkaar geknutseld voorlopig tuchtreglement voor de Ommerschans

1822, de stichting

  • 3 januari 1822, de koning stelt een commissie aan tot onderzoek naar de ware staat der armen
  • januari 1822, van de mogelijkheid contracten voor opname van bedelaars te sluiten wordt slechts mondjesmaat gebruik gemaakt
  • 26 januari 1822, de directeur doet verslag van de eerste desertie van een strafkolonist en de stand van zaken op de schans
  • 7 februari 1822, Delft sluit een contract voor de opname van tien bedelaars, maar… sluit die tien alvast op in het gemeentehuis! (PAGINA NOG ONAF)
  • 13 februari 1822, de eerste gedachten onder welke voorwaarden de Maatschappij bedelaars (en vondelingen) wil opnemen in de koloniën
  • 24 februari 1822, de Maatschappij legt de voorwaarden waaronder bedelaars opgenomen zouden kunnen worden voor aan haar bankiers
  • 13 maart 1822, Koninklijk Besluit dat alle werkvatbare bedelaars naar de Maatschappij moeten, waarmee de Ommerschans feitelijk tot nationaal bedelaarsgesticht wordt verklaard
  • 24 maart 1822, om desertie in de vrije koloniën tegen te gaan, laat de directeur drie jongens een ‘strenge correktie‘ op de Ommerschans bijwonen
  • 6 en 9 april 1822, Johannes van den Bosch stuurt het bestek voor het nieuwe gebouw… o nee, toch niet, de kopiist heeft het verknald
  • 10 en 15 april 1822, de Franse vertaling moet daarom ook maar even wachten
  • 12 april 1822, hier is dan alsnog het Bestek voor het bedelaarsgesticht
  • 27 april 1822, er worden voorbereidingen getroffen voor het kanaal van Ommen langs de Ommerschans naar de Dedemsvaart
  • 8 en 14 mei 1822, reacties vanuit de Commissie van Weldadigheid op de plannen voor het bedelaarsgesticht
  • 16 mei 1822, Georg Hoff komt op de Ommerschans aan en begint als nieuwe adjunct-directeur
  • 23 mei 1822, Johannes van den Bosch doet verslag van de vorderingen van de bouw en dringt aan op betaling voor Nuis en andere schuldeisers
  • 4 juni 1822, de subcommissie Epe sluit een contract voor de plaatsing van één bedelaar, maar het loopt niet allemaal zoals gepland
  • 5 juni 1822, pas na aandringen stuurt Binnenlandse Zaken de reglementen van bedelaarswerkhuizen elders ten behoeve van het opstellen van een contract
  • 12 juni 1823, er wordt grond gekocht van baron van Dedem, maar bij meer aankopen wordt veel ‘haspelarij’ verwacht
  • 17 juni 1822, concept contract ter overneming van Bedelaars in het Etablissement de Ommerschans
  • juni 1822, volgens onderdirecteur Fenner hebben twee strafkolonisten brood gestolen, maar krijgen ze geen straf
  • 15 juli 1822, de eerste van de grote boerderijen op het terrein wordt betrokken door Johannes Molenaar en gezin
  • juli 1822, volgens onderdirecteur Fenner kost een mislukte verkoop van aardappelen de Maatschappij veel geld
  • 13 augustus 1822, twee van de grote boerderijen op het terrein worden betrokken door Bernardus Harmeling en Jan Cornelis Westerveld en hun gezinnen
  • 14 augustus 1822, volgens onderdirecteur Fenner ontaardt de eerste vrijlating van strafkolonisten in dronkenschap en chaos
  • 2 september 1822, met aannemer Nuis wordt een contract gesloten voor de bouw van een kazerne en de strafkolonie
  • 6 september 1822, op de valreep past Johannes van den Bosch enige berekeningen en voorschriften aan
  • 7 september 1822, vaststelling tarieven voor veldarbeid bij de Ommerschans (geen transcriptie, slechts notities)
  • 7 september 1822, onderdirecteur Fenner wordt enige uren uit zijn functie geschorst (zie onderaan deze pagina)

vanaf 8 september 1822, de bedelaars komen!

  • 8 september 1822, de eerste tien bedelaars komen aan vanuit Delft (NB: niet alle konvooien zijn hier opgenomen! Zie voor exactere informatie over aankomsten De bedelaarskolonie pagina 317 en verder)
  • september 1822, vanaf de opening fungeert ene G. Lipholt als geneesheer
  • najaar 1822, onderdirecteur Fenner geeft in een terugblik beschrijvingen van de pakken slaag die op de schans worden uitgedeeld
  • 2 oktober 1822, besluit om adjunct-directeur Hoff aan te stellen voor de inspectie van de bevolking van het gesticht te Hoorn
  • 7 oktober 1822, het volledige en definitieve contract met het gouvernement voor het opnemen van 1000 bedelaars
  • 10 oktober 1822, adjunct-directeur Hoff voert de eerste groep vrouwen uit Hoorn over de Zuiderzee
  • 11 oktober 1822, een van de grote boerderijen op het terrein wordt betrokken door Klaas Tijmes/Tiemes en gezin
  • 13 oktober 1822, adjunct-directeur Hoff doet verslag van zijn missie naar Hoorn
  • 14 oktober 1822, voorlopige instructie voor de comptabiliteit (krijgt 25 oktober zijn definitieve vorm, zie onder, geen transcriptie, alleen vermelding)
  • 14 oktober 1822, ‘provisionele instruktie voor de inrichting van het Onderdirecteursboek Ommerschans’ (met voorbeelden als bijlagen, onder andere werkstaten, geen transcriptie, alleen vermelding)
  • 18 oktober 1822, een van de grote boerderijen op het terrein wordt betrokken door Pieter Arends en gezin
  • 25 oktober 1822, de financiële regelingen, oftewel het Reglement voor de komptabiliteit van de bedelaarskolonie
  • 25 oktober 1822, bijlagen bij het reglement voor de komptabiliteit worden als voorbeeldformulieren naar de Ommerschans gestuurd
  • 3 november 1822, aankomst grootste groep tot nu toe, tachtig bedelaars uit Brussel
  • 3 november 1822, de directeur doet verslag van zijn bevindingen op de Ommerschans en vraagt toestemming blikken lootjes te maken
  • 6 november 1822, het Koninklijk Besluit over het opnemen van bedelaars en wezen door de Maatschappij
  • 9 november 1822, de aanvoer vanuit het gesticht van Limburg te Reckheim
  • 10 november 1822, de administratie van de schans loopt achter, boekhouder Greven redt het niet alleen
  • 17 november 1822, volgens een bezoeker uit Leiden heeft de vrouw van hoevenaar Molenaar naar de bedelaars verwezen als ‘slaven’.
  • 22 november 1822, de eerste aanvoer van bedelaars vanuit Den Haag
  • 26 november 1822, een van de grote boerderijen op het terrein wordt betrokken door Dominicus Meeder en gezin
  • 27 november 1822, besluit om onderdirecteur Fenner te ontslaan en op te laten volgen door Harloff
  • 28 november 1822, de bouwkundige keuring van het bedelaarsgesticht vindt dat aannemer Nuis ernstig tekort is geschoten, volgens Johannes van den Bosch valt het mee
  • 30 november 1822, in een brief aan de bankier van de Maatschappij overlegt de penningmeester hoeveel er geleend kan worden op basis van het bedelaarscontract
  • 2 december 1822, een begeleidend schrijven door Johannes van den Bosch bij de huishoudelijke bepalingen voor de Ommerschans (zie 12 december)
  • 4 december 1822, de ontslagen Fenner vraagt Johannes van den Bosch tot het eind van de maand te mogen blijven
  • 6 december 1822, de permanente commissie schrijft aan prins Frederik dat de gouverneurs in de kranten publiceren en dat ze bang is dat daardoor te veel en invalide bedelaars naar de schans komen
  • 6 december 1822, de permanente commissie informeert Binnenlandse Zaken over de zorgen die ze in de brief aan prins Frederik geuit heeft
  • 6 december 1822, er is kritiek op de door het ministerie ingestuurde lijsten met bedelaars
  • 8 december 1822, de adjunct-directeur voor de administratie gaat naar de schans om ‘de werkzaamheden aldaar te bespoedigen’.
  • 12 december 1822, de Huishoudelijke bepalingen voor de Ommerschans
  • 14 december 1822, aankoop van gronden van de boeren van Huizen en Vaerten en de eerste keer dat er sprake is van de 18 morgen van baron van Dedem
  • 16 december 1822, het EERSTE sterfgeval onder de populatie van het bedelaarsgesticht
  • 20 december 1822, hoewel hij beweert het verder aan hen over te laten, rekent Johannes van den Bosch de rest van de permanente commissie voor wat de aannemer nog aan het gesticht moet herstellen
  • 22 december 1822, na heel veel corresponderen is het (halve) detachement militairen ter bewaking aangekomen
  • 23 december 1822, een aankoop van gronden die voorwaardelijk is omdat niet alle grondeigenaren willen meewerken
  • 24 december 1822, de gouverneurs wordt middels een circulaire duidelijk gemaakt hoeveel bedelaars elk van hun mag zenden
  • 29 december 1822, een gedeserteerde bedelaar laat zich terugbrengen onder een pseudoniem

1823

  • 4 januari 1823, Johannes van den Bosch laat ondermeer een hek, wijkmeesterwoningen, sekreten en een washuis bouwen, plus ook kastjes op de zalen
  • 22 januari/1 februari 1823, aanvullend contract voor het overnemen van nog eens 200 bedelaars
  • 30 januari 1823, Koninklijk Besluit dat de Maatschappij de transportkosten mag bepalen als er meer dan één bedelaar bij de schans wordt gebracht
  • 30 januari 1823, definitieve aanstelling van ambtenaren in de kolonie de Ommerschans
  • 30 januari 1823, besluit van de permanente commissie over het uitbetalen van transportkosten van bedelaars (geen transcriptie, alleen vermelding)
  • 1 februari 1823, opgave van geannonceerde bedelaars voor de Ommerschans (geen transcriptie, slechts notities)
  • 5 en 6 februari 1823 koopt de Maatschappij weer gronden van baron van Dedem en volgens het overzicht van grondbezit op 28 februari van een ander
  • 14 februari 1823, de afgelopen december ontslagen onderdirecteur Fenner slaat terug met een protest van 42 dichtbekrabbelde folio’s
  • 18 februari 1823, Johannes van den Bosch ondervindt problemen bij het kopen van extra grond rond de Ommerschans, grondeigenaren proberen er een slaatje uit te slaan
  • 18 februari 1823, Johannes van den Bosch kondigt een bezoek aan de Ommerschans aan, maar wil wel beter logies voor hem en de directeur
  • 19 februari 1823,  er vallen de nodige kanttekeningen te zetten bij het eerste transport bedelaars uit Amsterdam
  • 1 maart 1823, bij het contract voor de opname van 4.000 kinderen, mogen per acht kinderen gratis drie bedelaars worden gebracht
  • 9 maart 1823, er blijkt weinig te kloppen van de namen van bedelaars, ze zijn anders in de boeken dan in de meegezonden lijsten
  • 12 maart 1823, Johannes van den Bosch doet verslag van zijn bezoek aan de Ommerschans en komt met voorstellen voor bijsturingen
  • 12 maart 1823, het contract van 22 januari/2 februari (zie boven) voor 200 extra bedelaars betekent dat er in het gesticht ruimte vrij gemaakt moet worden
  • 14 maart 1823, bij Koninklijk Besluit krijgt de protestantse gemeente Avereest geld om ook de Ommerschans te bedienen, met als gevolg:
  • 14 maart 1823, Hoseas Gerhardus Meiling Amshoff wordt de eerste zieleherder van de protestantse bedelaars, strafkolonisten, hoevenaars en employés, zie over hem deze pagina.
  • 15 maart 1823, ontslag van de veldwachter van Gielen en vervanging door Blatter en aanstelling van wijkmeesters
  • 22 maart 1823, de subcommissie van weldadigheid Leiden contracteert voor de opname van zestien bedelaars
  • 29 maart 1823, de Maatschappij protesteert tegen de  toestroom van invaliden
  • 29 maart 1823, aanmerkingen op het 13 maart aangekomen transport uit Brugge
  • 29 april 1823, Johannes van den Bosch stelt tijdens een bezoek aan de schans bedelaar-veldwachters aan
  • 1 mei 1823, de polis van de brandverzekering maakt duidelijk welke gebouwen van welke waarde er op dit moment op de schans zijn
  • 4 mei 1823, er worden besluiten genomen over de voedselverstrekking aan bedelaars en over de aanstelling van bedelaar-veldwachters
  • 6 mei 1823, directeur Visser is op de Ommerschans geweest en doet verslag, ook over het linnen van beddelakens en hangmatten
  • 11 mei 1823, Johannes van den Bosch voelt zich genaaid door baron van Dedem bij de koop van gronden, en steekt dat niet onder stoelen of banken, ook niet tegenover Van Dedem
  • 13 mei 1823, de gouverneur van Overijssel doet zijn best deserteurs op te sporen en verspreidt signalementen
  • 28 mei 1823, een rekening van wat aannemer Nuis nog te goed heeft, met omschrijvingen van wat hij gebouwd heeft
  • 3 juni 1823, Johannes van den Bosch komt met nieuwe bijsturingen en windt zich op over ten onrechte naar de schans gestuurde mensen
  • 4 juni 1823, commissaris Sepp geeft enkele tarieven voor transport van bedelaars en doet een voorstel voor de tarieven vanuit Amsterdam
  • 5 juni 1823, de directeur stuurt twee stukken van adjunct-directeur Hoff over Groningse en Amsterdamse bedelaars
  • 24 juni 1823, de bouw van hospitaal en werkloods kan beginnen en er is een schuldige voor de achterlopende administratie
  • 4 juli 1823, na voorbeeld van de provinciale geneeskundige commissie van Overijssel van zijn ‘behandelingsmethoden’ valt het doek voor ‘geneesheer’ Lipholt
  • 15 juli 1823, op een publieke veiling koopt de Maatschappij waardelen en stukken grond
  • 5 augustus 1823, de gouverneur van Groningen stelt vragen over het domicilie van onderstand van de door hem gezonden bedelaars en andere gouverneurs doen dat ook
  • 14 augustus 1823, bedelaar-veldwachter Hendrik Brands wordt vermist (blijkt drie dagen later te zijn verdronken)
  • 16 augustus 1823, bij de zes bedelaars die vanuit Groningen aankomen zijn er twee wier komst nog een staartje gaat krijgen
  • 20 augustus 1823, Barend Bodde wordt ziek in het bedelaarsgesticht gebracht, maar blijkt later heel anders te heten
  • 22 augustus 1823, de permanente commissie doet het ministerie uitgebreid verslag over werkweigeraarster Marie Thérèse Rayé, met bijlage in het Frans van adjunct Hoff
  • 23 augustus 1823, burgemeester en schepenen van Gent vragen de abusievelijk opgezonden Charlotte Maertens terug te sturen
  • 26 augustus 1823, de gouverneur van Groningen vraagt zich af als na opzending blijkt dat iemand nooit gebedeld heeft
  • 31 augustus 1823, aanstelling Braaksma als zaalopziener
  • augustus 1823, zomaar een maand mutatieregister: 1 geboorte, 10 van desertie terug, 3 overleden
  • 5 september 1823, als nieuwe geneesheer voor de schans wordt aangesteld Anthony Felix Simon Swart, maar het duurt niet lang of de provinciale geneeskundige commissie opent weer het vuur
  • 9 september 1823, Utrecht schrijft over de uit de betere kringen afkomstige bedelaar Margaretha Boon van Ostade
  • 13 september 1823, er wordt volgens het overzicht van grondbezit weer een waardeel gekocht
  • 16 september 1823, de bedelaar Gilles van der Windt blijkt een militaire verlofganger te zijn
  • 18 september 1823, besluit om nog zeven grote hoeves bij de schans te bouwen
  • 26 september 1823, commissaris Sepp brengt zeven deserteurs terug en adviseert wie van hen klappen moeten krijgen
  • 14 november 1823, de in 1823 tot stand gekomen nieuwe gebouwen in en rond de vesting worden tegen brand verzekerd
  • 19 december 1823, als twee Haagse bedelaars worden binnengebracht, vraagt een zaalopziener of zij onderweg geboeid zijn geweest, want dan zouden ze niet binnen mogen komen
  • 31 december 1823, overplaatsingen van personeel, ook met betrekking tot de Ommerschans

1824

  • 3 januari 1824, een bedelaar blijkt zich onder valse naam te hebben ingeschreven omdat hij ruzie met zijn ouders heeft
  • 10 januari 1824, de directeur der koloniën doet verslag van een bezoek aan de Ommerschans
  • 24 januari 1824, Douwe Petrus van Steenwijk komt aan op de Ommerschans, zie zijn hele carrière
  • 30 januari 1824, de Maatschappij haalt bakzeil en meldt dokter Swart te zullen ontslaan als hij geen aanvullend examen doet
  • 3 februari 1824, de subcommissie Epe heeft na lang zoeken toch iemand gevonden die op grond van haar contract als bedelaar geplaatst kan worden
  • 4 februari 1824, volgens het overzicht van grondbezit is er een aankoop en een ruiling van grond
  • 6 februari 1824, de permanente commissie geeft Binnenlandse Zaken informatie over drie alleenstaande moeders, waarvan twee een bizarre reis hebben gehad
  • 7 februari 1824, Arnoldus Boers is aangesteld als kapelaan voor de Ommerschans (geen transcriptie, alleen samenvatting)
  • 11 februari 1824, besluit om de eerste voordracht tot ontslag van bedelaars op te stellen
  • 14 februari 1824, de eerste voordracht tot ontslag van bedelaars gaat de deur uit.
  • 15 februari 1824, Koninklijk Besluit dat bedelaars voor de dienstplicht moeten loten in de plaats waar het gesticht staat
  • 23 februari 1824, berichten over ziekte en sterfte op de Ommerschans, uitmondend in een rapport van dokter Jan Bloemert Schuurman uit Steenwijk
  • 1 maart 1824, aanstelling van een vijfde bedelaar-veldwachter
  • 3 maart 1824, nabestaanden die willen trouwen moeten een doodakte van een overleden bedelaar kunnen overleggen
  • 2 maart 1824, begin van het gesteggel over de door de overheid te betalen bestedingspenningen voor bedelaars
  • 11 maart 1824, het is lastig mensen voor de militaire dienst op te geven als de bedelaar ‘volstrekt niets weet van den datum zijner geboorte’
  • 20 maart 1824, de administratie van de loodjes, de stukjes blik voor het betalingsverkeer, deugt niet
  • 22 maart 1824, de directeur rapporteert over de zieken op de Ommerschans en stelt voor Douwe Petrus van Steenwijk als arts aan te stellen
  • 22 maart 1824, de directeur rapporteert over andere zaken op de Ommerschans
  • 31 maart 1824, besluit houdende de provisionele vervanging van den heelmeester Swart te Ommerschans, door den persoon van P. D. van Steenwijk
  • maart 1824, zomaar een maand mutatieregister: 14 overleden, 29 ontslagen, 8 deserteurs, 3 van desertie terug, eentje gaat in dienst en eentje wordt opgeëist door justitie.
  • 24 april 1824, rekwesten zijn alleen bewaard gebleven als ze aan de verkeerde instantie gestuurd zijn
  • 9 mei 1824, het nieuwe kerkgebouw (annex school) op de wal wordt in gebruik genomen (incluis jubelzang)
  • 14 mei 1824, dominee Amshoff wil de oprichting van een kerkenraad op de Ommerschans
  • 1 juni 1824, volgens het overzicht van grondbezit zijn er twee aankopen van waardelen in de Markte van Vaersen
  • 22 juni 1824, besluit houdende het ontslag van den boekhouder Heystek in de Ommerschans
  • 31 augustus 1824, de geneeskundige commissie van Overijssel opent de aanval op Douwe Petrus van Steenwijk
  • 6 september 1824, besluit over diverse functies, met name gericht op de Ommerschans
  • 7 september 1824, op de doodakte van Antje van den Broeck mag NIET staan dat ze ongehuwd is overleden, want dan kan haar man niet hertrouwen!
  • 14 september 1824, de Maatschappij bezweert het ministerie alles te doen tegen desertie, maar ze krijgt te weinig hulp
  • 24 september 1824, een tweede voordracht tot ontslag voor bedelaars, de enige keer dat er in één jaar TWEE ontslagvoordrachten zijn
  • 11 oktober 1824, er wordt land gekocht van Ten Kate, maar of dat het eerder zo begeerde land is weet ik niet
  • 16 oktober 1824, een rekwest van een weduwe om haar kinderen uit de Ommerschans te krijgen wordt door de gouverneur van Noord-Brabant tot de grond toe afgebrand
  • 21 oktober 1824, commissaris Sepp heeft ontdekt dat het werkhuis in Amsterdam deserteurs uit de Ommerschans onderdak biedt! Dit krijgt een hele lange staart.
  • 26 oktober 1824, besluit over de  benoeming van een kerkenraad bij de protestantse gemeente aan de Ommerschans (geen transcriptie, alleen vermelding)
  • 10 november 1824, de onderdirecteur heeft een aangebrachte bedelares geweigerd omdat zij ‘onbevoegd‘ (??) is met landarbeid de kost te verdienen. De gouverneur van Groningen beweert iedereen eerst te laten keuren.
  •  13 november 1824, twee voorbeelden van de briefwisselingen waarmee het bestellen van voeding voor 1200 bedelaars gepaard gaan
  • 16 november 1824, de moeder van bedelaarskolonist Karel Rode vraagt met een ‘bedroeft moederhart‘ om zijnj vrijlating
  • 23 november 1824, adjunct-directeur Harloff geeft antwoord op vragen over het gedrag van enkele bedelaars
  • 23 november 1824, commissaris Sepp probeert alles om onder een gesprek over aan hem betaalde transportkosten uit te komen
  • 25 november 1824, besluit over ten onrechte uitbetaalde transportkosten door de directie van de Ommerschans (geen transcriptie, alleen vermelding)
  • 23 december 1824, dokter Douwe Petrus van Steenwijk geeft een schrikwekkend overzicht van de invaliden op de schans
  • 27 december 1824, een zaalopziener doet verslag van een stormachtig gesprek dat hij met de stiefmoeder van een bedelares heeft gehad
  • 29 december 1824, als adjunct-directeur Harloff informatie geeft over bedelaars meldt hij ook of ze voorkomen ‘in de straflijst’

1825

  • 2 januari 1825, het door schipper Kaasenbrood verspreide verhaal dat er bedorven erwten voor consumptie naar de Ommerschans gaan wekt veel onrust
  • 5 januari 1825, een noodkreet aan prins Frederik omdat de Maatschappij ten onder dreigt te gaan
  • 5 januari 1825, af en toe mag er zomaar ineens iemand weg uit het bedelaarsgesticht
  • 8 januari 1825, bij Koninklijk Besluit krijgt het ministerie van Binnenlandse Zaken opdracht voorgeschoten transportkosten aan de Maatschappij te betalen
  • 11 januari 1825, bij Koninklijk Besluit krijgt het ministerie van Binnenlandse Zaken opdracht de bestedingspenningen voor bedelaars alvast te betalen
  • 21 januari 1825, Koninklijk Besluit dat het ministerie ook de overige rekeningen zoals vervangingskosten moet betalen
  • 25 januari 1825, diverse gebouwen op de Ommerschans worden, al dan niet opnieuw, tegen brand verzekerd
  • 29 januari 1825, het vervolg van de kwestie met de Amsterdamse deserteurs die van de Maatschappij terug MOETEN
  • 5 februari 1825, op verzoek van de koning zit een jonge gedetineerde het laatste deel van haar straf uit in de Ommerschans
  • 8 februari 1825, besluit tot ‘het doen breijen van jakken in de etablissementen te Veenhuizen en Ommerschans’
  • 19 februari 1825, de directeur doet verslag van de schans: ‘veele kolonisten met blessures aan de beenen’
  • 2 maart 1825, een nieuw hoogtepunt in het bureaucratisch geneuzel dat verhindert dat Hendrika de Jong herenigd wordt met haar twee dochters
  • 4 maart 1825, Den Haag geeft een overzicht van het avontuurlijke leven van de bedelaar Petrus Johannes Armand
  • 8 maart 1825, af en toe komt de toestemming van het ministerie om een bedelaar te ontslaan enkele dagen na diens dood binnen
  • 6 april 1825, besluit ‘houdende wijziging in de verdiensten van de onderscheidene klassen van kolonisten van het bedelaars etablissement’
  • 3 mei 1825, besluit ‘tot vermindering van de uitgaven op kontante gedaan, in het Etabl te Ommerschans’ (geen transcriptie, alleen vermelding)
  • 9 mei 1825, verandering in de begroting voor 1824 van veldarbeid en administratie op de Ommerschans (puntjes 6 en 15)
  • 4 juni 1825, besluit ‘bepalende eene bijzondere kleeding voor de Bedelaars Kolonisten, die voor de tweede maal van desertie terugkomen’
  • 7 juni 1825, besluit houdende bepalingen nopens de geneeskundige dienst, de menage en de winkels te Ommerschans’ (geen transcriptie, alleen vermelding)
  • 5 augustus 1825, het gesticht te Hoorn reclameert een bij haar weggelopen bedelaar en mag hem hebben
  • 8 augustus 1825, buiten dienst stelling van de onderdirecteur voor de fabriekmatige arbeid J. Honing te Ommerschans
  • 7 september 1825, overplaatsing van de boekhouder Morriën
  • 13 september 1825, benoeming nieuwe boekhouders
  • 29 september 1825, nog maar waardelen in de Varssener Markte worden aangekocht
  • 12 oktober 1825, maar weer eens een nieuw Koninklijk Besluit over de bedelarij, waar volgens mij niet zoveel nieuws in staat
  • 27 oktober 1825, een Rotterdammer laat weten dat zijn vrouw als bedelaar is opgepakt toen ze iets in een winkel wilde kopen
  • 28 oktober 1825, zaalopziener Vormann wordt aangesteld
  • 30 oktober 1825, een weduwe uit Den Haag wil haar dochter in het bedelaarsgesticht hebben omdat ze als een ‘dwijl bij de straat’ loopt
  • 1 november 1825, de weduwe Simons onderneemt een nieuwe poging haar twee kinderen vrij te krijgen
  • 2 november 1825, de weduwe van de verdronken veldwachter Brands vindt dat zij nog geld tegoed heeft
  • 14 november 1825, verandering in de verstrekking uit het tegoed voor bedelaarskolonisten
  • 11 december 1825, er is gebrek aan petten in de koloniën: zeehondenvel of wol?
  • 12 december 1825, bij het uitzitten van een gevangenisstraf in de Ommerschans zit je blijkbaar twee maanden langer, zie Charlotte Colot en Augustinus de Knop
  • 14 december 1825, er komt een konvooi aan uit Veere waar van alles mis mee is
  • 20 december 1825, veldwachter Van Dompselaar raakt in de problemen

1826-1830

  • 6 maart 1826, de Maatschappij klaagt over de vele invaliden bij het laatste transport uit Veere
  • 16 maart 1826, hooibergen, stenen en houten schapenhokken en een varkenshok worden tegen brand verzekerd
  • 9 mei 1826, dokter Jan Bloemert Schuurman inspecteert het geneeskundige werk van arts-bedelaar Douwe Petrus van Steenwijk
  • 12 mei 1826, Ommerschansbewoners hebben aangegeven naar de Oost te willen, maar het medisch keuren lukt niet omdat de adjunct niemand binnenlaat
  • 23 mei 1826, verslag van de ziekten en geneeskundige behandeling op de Ommerschans
  • 25 mei 1826, discussie of de autoriteiten gewaarschuwd moeten worden over de ziekte op de scans
  • 5 juni 1826, zaalopziener Seijl wordt tijdelijk gekort op zijn loon omdat hij bedelbrieven voor bedelaars geschreven heeft
  • 10 juni 1826, Koninklijk Besluit hoelang een plaats van herkomst moet blijven betalen voor een gedeserteerde bedelaar
  • 19 juni 1826, besluit over de geneeskundige dienst, de menage en de winkels te Ommerschans (geen transcriptie, alleen vermelding)
  • 23 juni 1826, de magazijnmeester Giesse wordt ontslagen wegens misbruik van sterke drank
  • 1 juli 1826, Koninklijk Besluit dat het besluit van 10 juni 1826 ingaat per per 1 januari 1825
  • 10 juli 1826, Prins Frederik reorganiseert de gezondheidszorg op de Ommerschans
  • 18 augustus 1826, Dirk Rutger Hanzon wordt aangesteld als heelmeester voor de Ommerschans (geen transcriptie, alleen vermelding)
  • 18 augustus 1826, zie nadere informatie over dokter Dirk Rutger Hanzon
  • 26 september 1826, de bureaukosten van den Onderdirecteur binnen de Ommerschans gesupprineert’ en andere besluiten
  • 17 november 1826, besluit, ‘houdende de vervanging van den onderdirecteur Van Midlum’ wegens ‘gevorderde ouderdom en toegenomen zwakheid’ door den luitenant Frederiks
  • 5 december 1826, verbod van correspondentie des Adjunct-directeurs te Ommerschans met particulieren ter koste der Maatschappij (geen transcriptie, alleen vermelding)
  • 23 juni 1827, contract voor een extra vergoeding voor invalide bedelaars en weeskinderen die invalide zijn
  • 17 augustus 1827, met twee Koninklijke Besluiten maakt de koning een eindregeling voor de opvang van bedelaars en wezen
  • 4 december 1827, bepalingen, omtrent de geneeskundige dienst in de Kolonien en de gestichten
  • 18 december 1827, verordeningen nopens het schoolonderwijs
  • 1 september 1828, bepalingen nopens de vereffening der schulden van de bouwboeren te Ommerschans (geen transcriptie, alleen vermelding)
  • 6 september 1828, besluit ter verrekening van de boterschuld van de hoevenaars bij de Ommerschans
  • 6 september 1828, schikking met de marktgenoten van Vaarsen
  • 16 september 1828, als dokter Hanzon van de Ommerschans vertrekt wil hij Douwe Petrus van Steenwijk meenemen
  • 1 oktober 1828, Douwe Petrus van Steenwijk opnieuw aan het geneeskunderoer van de Ommerschans
  • 1 november 1828, rapportage vanuit de ziekenzalen van de schans
  • 28 november 1828, de zieken in de Ommerschans vinden in Van Steenwijk ‘één deelnemend geneesheer’
  • 13 november 1828, het besluit om militaire veteranen uit Veenhuizen op de schans in te zetten als veldwachters
  • 26 december 1828, besluit over de kledingstukken van gedeserteerde of overleden bedelaars
  • 17 januari 1829, ontslag van ‘den Onderdirekteur voor den fabrieksmatigen. arbeid Klaas ten Broek aan de Ommerschans’
  • 19 januari 1829,voor de bereiding van medicijnen op de Ommerschans is er keus uit twee ex-alcoholverslaafden
  • 25 februari 1829, overplaatsing van de fabrieksbaas G. ten Broek van de gewone kolonien naar de Ommerschans
  • 25 februari 1829, ontslag ‘van den Adjunkt direkteur J. Harloff en de in plaats benoeming van den Heer Paulus van der Wal’
  • 28 februari 1829, een nieuw Reglement van Tucht van de Gestichten van Bedelaars
  • 21 maart 1829, wijziging in het Reglement van Tucht voor de Gestichten van Bedelaars van
  • 3 maart 1829, aanstelling van ‘den Heer Neuman, Genees- Heel- en Vroedmeester aan de Ommerschans’ (maar Neumann is nooit in de kolonie aangekomen, geen transcriptie, alleen vermelding)
  • 24 maart 1829, opheldering ten aanzien van het reglement van tucht voor de bedelaars en verbod aan de zaalopzieners om certificaten van goed gedrag aftegeven
  • 7 mei 1829, ontslag van ‘den Magazijnmeester H. Sitsen te Ommerschans, en diens vervanging door den schrijver van het Algemeen Bureau K. Koster’ (geen transcriptie, alleen vermelding)
  • van 1829 tpt 1859, een greep uit de op dit reglement gebaseerde tuchtzittingen
  • 30 maart 1829, onduidelijkheden over de ontslagvoordracht voor 1829 leiden tot vragen en discussie
  • 28 juli 1829, alle koloniale artsen, dus ook op de Ommerschans, moeten wekelijks ziekte- en sterfte rapporten inleveren
  • 21 november 1829, bepaling nopens de berekening van de prijzen van de boezelaars
  • 5 december 1829, besluiten over eigen kleding, schrijfwerk voor zaalopzieners en zakboekjes

1830-1840

  • 8 februari 1830, nadere bepalingen nopens het schoolonderwijs in de kolonien, vooral gericht op leerplicht
  • 11 februari 1830, de verzekering voor de school annex kerk op de zuidwal gaat van ƒ3000 naar ƒ4600, zie bij 11 februari 1830 op deze pagina
  • 22 juni 1830, aanbeveling om de veldwachters te Ommerschans niet meer uit de kolonisten maar bij voorkeur uit de veteranen te nemen
  • 15 juli 1830, verbod om lijken te Ommerschans te ontleden (geen transcriptie, alleen vermelding)
  • 29 september 1830, verbetering der Veldwachtersdienst te Ommerschans (geen transcriptie, alleen vermelding)
  • 8 oktober 1830, bepalingen nopens de algemeene wapening
  • 14 januari 1831, bepaling dat ook te Ommerschans aan de bedelaarskolonisten 10 cents winkelgeld zal worden gegeven (het ‘spekdubbeltje’, geen transcriptie, alleen vermelding)
  • 28 januari 1831, bepalingen nopens de opbrengst van boter door de Hoevenaars te Ommerschans (geen transcriptie, alleen vermelding)
  • 21 februari 1831, bepaling dat ook van de Magazijnen van huisraad en gereedschappen dagboeken zullen worden gehouden
  • 9 juli 1831, instelling van borgtogten voor de Directeur, Adjunct & Onderdirecteurs
  • 3 augustus 1831, bepalingen omtrent vrijwillige dienstneming van bedelaars
  • 24 september 1831, dominee Amshoff overlijdt, zie over hem deze pagina
  • 9 november 1831, bepalingen nopens het in dienst nemen door de ambtenaren van vrouwelijke dienstboden uit de Weezen- en BedelaarsGestichten
  • 26 december 1831, bij Koninklijk Besluit krijgt de Ommerschans een eigen predikant (geen transcriptie, alleen vermelding)
  • 27 augustus 1832, wijziging in de verdeeling in klassen der Schoolonderwijzers
  • 22 februari 1833, verhooging van het salaris van wijkmeesters aan de Ommerschans (geen transcriptie, alleen vermelding)
  • 25 februari 1833, herinnering dat de bedelaarsbuizen van groene kragen moeten zijn voorzien
  • 14 februari 1833, de directeur schrijf over een ernstig geval van kindermisbruik op de Ommerschans
  • 27 mei 1834, onder andere een predikantswoning en veldwachtershutten worden tegen brand verzekerd
  • 20 augutus 1834, als de dienst in de kerk van de Ommerschans op het punt staat te beginnen, vindt een steekpartij plaats
  • 7 maart 1835, de koloniale Raden van tucht mogen geen kwijtschelding van straf verleenen
  • 18 april 1835, diverse uitbreidingen van al verzekerde panden worden nu ook tegen brand verzekerd
  • 10 november 1835, de Maatschappij koopt het maken van een draaivonder over de Dedemsvaart, wat ze in 1823 had beloofd, af
  • 22 december 1835, een hulpmeester beweert dat de hoofdonderwijzer van de schans een relatie heeft met de schoonmaakster
  • 17 januari 1836, een Koninklijk Besluit geeft de koloniën van weldadigheid een rol van belang voor ons overzees gebied in de Oost
  • juni 1837, besluiten over de veestapel op de Ommerschans en een proef met het maken van komjijnekaas
  • 29 juli 1837, ondermeer een veldwachtershut in de turfgraverij en een lijnbaanloods bij het vrouwenkwartier worden tegen brand verzekerd
  • van 1837 tot 1882, dominee Andries Campagne is de protestantse zieleherder van de schans en hij is dol op bekeren van katholieken
  • 23 juli 1838, een veldwachtershut (de 17e?) en een wagenschuur worden tegen brand verzekerd
  • 22 december 1838, een ruil met gesloten beurzen van gronden in de Varsener Markte
  • ergens in 1839, een onbekende bezoeker geeft een beschrijving hoe op de Ommerschans aardappelbrood gemaakt wordt
  • 31 mei 1839, de Maatschappij koopt van de weduwe van Kruisinga diverse landen en percelen, waaronder het logement
  • 22 juli 1839, een dodelijke schietpartij als veldwachters proberen vluchtende bedelaars tegen te houden
  • 8 augustus 1839, het hoofdgebouw wordt herverzekerd en ook verzekerd wordt een ‘kookerij voor het vee en eene rookerij van spek’
  • 3 december 1839, de adjunct-directeur voor het schoolwezen doet verslag van zijn bezoek aan de school op de schans

1840-1850

  • 3 februari 1840, reglement voor eene geregelde vaart tusschen Meppel en Veenhuizen
  • 2 juli 1840, naast een kookhuisje worden de van de erven Kruisinga aangekochte panden tegen brand verzekerd
  • 12 november 1840, de zolders van het gesticht zijn blijkens de brandverzekering inmiddels ingericht tot weverij
  • 4 december 1840, de poging tot valsemunterij  van de bedelaar Thomas Lambertus Hoff leidt ertoe dat ook in Veenhuizen geen winkelkaartjes meer zijn
  • 23 augustus 1841, ‘een waschhuis staande op den binnenwal’ wordt tegen brand verzekerd (geen transcriptie, alleen vermelding)
  • 11 oktober 1841, besluit uit welke stukken de koloniale munt bij de gestichten zal bestaan, met afschaffing van het 20 cents stuk
  • 14 december 1841, kinderen van strafkolonisten kunnen groot verlof bekomen wanneer zij om hunne ouders in de strafkolonie zich bevinden
  • 29 april 1843, de tuchtraad van de schans vraagt zich af hoe het kan dat een bedelaar al zit te eten voor de maaltijd is opgeschept
  • 10 november 1843, een kortgeleden ontslagen bedelaar schrijft over wantoetanden op de schans, vooral door zaalopzieners
  • 14 december 1843, niet alleen de verkopers maar ook de kopers van koloniale kleedingstukken moeten gestraft worden
  • 1 januari 1844, een bedelaarskolonist stuurt de ‘Heer Burgemeester en Heeren Regenten van het Gasthuis te Weesp’ een prachtige nieuwjaarswens
  • 4 juni 1844, een ontslagen bedelaar komt met beschuldigingen van onzedelijk gedrag door employés! De directeur wordt op onderzoek uitgestuurd.
  • 18 oktober 1844, bepaling omtrent de straf voor bedelaarskolonisten, die ten tweede male door den Raad van tucht schuldig worden bevonden
  • 28 augustus 1845, de onderbrigadier van de veldwachters klaagt over de nieuwe onderdirecteur die hem niet lijkt te vertrouwen
  • 11 september 1845, bepaling van het aantal en de soort der huisbedienden voor de Gestichten
  • 11 september 1845, bepaald wordt hoeveel jongeren de employés als hulp in de huishouding mogen hebben
  • 2 januari 1846, verzekerd wordt een drooghuis aan de oostkant van het gesticht (geen transcriptie, alleen vermelding)
  • 19 juni 1846, deserteurs welke zich aan ontvreemding van goederen der Maatschappij hebben schuldig gemaakt, moeten aan de bevoegde autoriteiten worden opgegeven
  • 17 mei 1847, aanbeveling aan de koloniale ambtenaren om de afschaffing van sterken drank in de koloniën te bevorderen ook door hun voorbeeld
  • 26 juni 1847, de tuchtraad te Ommerschans zijne verpligting onder het oog gebragt om de bij het Reglement van Tucht bepaalde straffen toetepassen
  • 10 augustus 1847, er worden twee loodsen verzekerd, maar er is ook een OVERZICHT van alle tegen brand verzekerde percelen op de Ommerschans
  • 17 september 1847, er wordt op gewezen dat er zuinig moet worden omgesprongen met de psalmboeken voor de nieuw gebouwde kerk bij de Ommerschans
  • 9 november 1847, de directeur wordt gemachtigd om in bijzondere gevallen teruggebrachte deserteurs dadelijk naar de Ommerschans te doen overbrengen
  • 29 november 1847, tuchraden mogen een overtreding slechts eenmaal bestraffen
  • ± 1848, een overzicht van de ‘vaste goederen te Ommerschans’
  • 25 januari 1848, een nieuw Reglement op de geneeskundige dienst in alle kolonien
  • 7 februari 1848, de tuchtraad wordt er op gewezen dat men geen straffen mag stapelen
  • 11 maart 1848, de verzekering voor het hospitaal wordt verhoogd en bijverzekerd wordt een nieuw ‘fabrieksgebouw zijnde eene weverij’
  • 4 mei 1848, eerste opname van Willem van der Hoorn, hoofdrolspeler in een aflevering van Verborgen verleden
  • 14 september 1848, bedelaars die door zaalopzieners gebruikt worden om elders boodschappen te doen, lopen natuurlijk weg
  • 14/16 december 1848, contract tussen molenaar J. ten Kate van de molen de Star en de Maatschappij van Weldadigheid
  • 18 april 1849, bedelaars moeten stil en eerbiedig de kerk binnenkomen
  • 11 augustus 1849, drie ‘bouwmanswoningen’ alsmede een lijkenhuisje bij het hospitaal worden tegen brand verzekerd
  • 26 oktober 1849, de schoolmeester van de scans keert, in het zicht van iedereen, beschonken terug van een uitstapje
  • 27 november 1849, definitieve regeling van de waterhuisjes, met ook de hoeveelheid koffie en cichorei per kan

!850-1859

  • 5 oktober 1852, maatregelen tot keering van desertie uit de bedelaarsgestichten
  • 24 november 1853, blijkbaar nieuw gebouwde veldwachtershutten, een portieshuisje en enkele woningen worden tegen brand verzekerd
  • 11 juli 1855, ernstige ongeregeldheden te Meppel bij een transport van bedelaars van de Ommerschans naar Veenhuizen
  • 17 september 1855, een vergrootte boerderij en vijf stenen veldwachtershutten worden tegen brand verzekerd
  • 9 november 1855, twee krankzinnige bedelaars moeten volgens dokter Hamer absoluut van de schans worden verwijderd
  • 9 november 1855, besluit dat bedelaarskolonisten volledige vergoeding wordt opgelegd voor verkochte, ontbrekende of verwaarloosde goederen
  • 24 oktober 1856, soepelere regels voor getrouwde bedelaars die op de zalen wonen
  • 12 januari 1857, verslag door de directeur van een bezoek aan de Ommerschans, met nadruk op de kwaliteit van het aardappelbrood
  • 22 april 1857, de tuchtraad mag geen opsluiting van langer dan 14 dagen opleggen
  • 19 februari 1858, geneeskundig verslag met veel aandacht voor de apotheek op de Ommerschans, waar medicijnen voor alle koloniën bereid worden
  • 31 augustus 1858, de gestichten kunnen op vertoon van behoorlijk getekend permissiebillet gratis worden bezigtigd