Johannes Vogelzang, bedelaar

Ook een keer ingeschreven als Hannes Vogelzang.

Johannes Vogelzang wordt 25 oktober 1822 de Ommerschans binnengebracht vanuit het werkhuis te Hoorn. Hij krijgt in het boek gemerkt A (Drents Archief, toegang 0137.01, archief van de Rijkswerkinrichtingen te Veenhuizen en Ommerschans, invnr 422) het bedelaarsnummer 75. Er is geen signalement van hem opgemaakt.

Hij deserteert 10 februari 1823.

Blijkbaar (zie verderop) gaat hij dan bij de marine. Maar hij drost en wordt weer de schans binnengebracht 19 april 1825 door ‘de stedelijke regering van Utrecht’. Hij krijgt op folio 484 van het boek gemerkt A het bedelaarsnummer 1208. Nu is er wel een signalement. Volgens deze inschrijving is hij geboren 21 april 1803 te Hellevoetsluis, als zoon van Arie Vogelzang en Hendrika Schonewold, en heeft hij het laatst gewoond in Utrecht.
Johannes Vogelzang is vijf voet, twee duim en 1 streep lang, hij heeft een breed aangezicht en een breed voorhoofd, blauwe ogen, een grote mond, ronde kin, blond haar en geen bijzondere kenmerken.

Op 31 mei 1825 schrijft de Minister van Marine en Koloniën aan de Permante Commissie (Drent Archief, toegang 0186, invnr 74):

Door den persoon van Johannes Vogelensang, thans kolonist in de kolonie Ommerschans aan mij, bij rekwest verzocht zijnde om weder geplaatst te worden in den zeedienst, waaruit hij, volgens deswegen gedaan onderzoek, den 13 juny 1824, als wanneer hij als matroos van de 3e klasse was dienden­de op de brik de Merkuur in de West-Indien is gedeserteerd, heb ik alvorens finaal te dispone­ren, gemeend Ulieden te moeten verzoeken mij, onder terugzending van het voorschreven en in originali hierbij gevoegde rekest, wel te willen informeren, sedert wanneer de suppliant zich in de kolonie Ommer­schans bevindt, als mede van de redenen, welke hiertoe aanleiding hebben gegeven, gelijk ook hoedanig zijn gedrag, gedurende deszelfs verblijf in die kolonie is geweest, alsmede of er bij Ulieden ook eenige bedenkingen tegen het verzoek van deze persoon zelve zouden bestaan, en zo ja, welke.

Het is de moeite van het onderzoek niet waard. Op 14 juli 1825 deserteert Johannes Vogelzang opnieuw en keert hij nooit meer terug.