Bernardus Trimp, bedelaar

Bernardus Trimp wordt 21 augustus 1823 de Ommerschans binnengebracht door de stad Rotterdam. Hij krijgt in het boek gemerkt A (Drents Archief, toegang 0137.01, archief van de Rijkswerkinrichtingen te Veenhuizen en Ommerschans, invnr 422) het bedelaarsnummer 1114.

Volgens die inschrijving is hij geboren 19 mei 1803 te Rotterdam, als zoon van Willem Trimp en Heintje Battijs(?), en heeft hij het laatst gewoond in hetzelfde Rotterdam.
Bernardus Trimp is vijf voet en drie palm lang, hij heeft een langwerpig aangezicht en een smal voorhoofd, grijze ogen, een spitse neus, een grote mond, spitse kin, bruin haar en geen bijzondere kenmerken.

Blijkbaar dient zijn familie een rekwest in, want op 15 juli 1825 stuurt directeur Visser ‘renseignementen’ over Bernardus Trimp aan de Permanente Commissie (Drents Archief, toegang 0186, invnr 75), maar ik weet niet meer of die bewaard zijn gebleven.

De afloop is dat op 4 augustus 1825 de Administrateur Armenwezen aan de Permanente Commissie schrijft (Drents Archief, toegang 0186, invnr 75):
Gezien het request van Willem Trimp en Johanna van der Wellek te Rotter­dam, houdende verzoek om ontslag van hunnen zoon Bernardus uit de Ommerschans.
Gelet op het berigt zoo bij den Gouverneur van Zuid Holland als bij den Permanente Commissie der Maatschappij van Weldadigheid is ingewon­nen.
Verklaart dat in het verzoek der requestranten wordt gedifficulteerd.

De inschrijving van Bernardus Trimp loopt door in het boek gemerkt F, maar ik heb niet gekeken hoe dat afloopt.