Algonda Thiel, bedelaar

Voorafgaand aan haar opzending naar de schans komt Algonda Thiel voor op een ‘Nominatieve Staat van Personen, welke voegzaam naar de Colonien der Maatschappij van Weldadigheid kunnen worden opgezonden’, welke lijst op 4 juni 1823 te Nijmegen is opgesteld door een commisaris van politie met de verklaring ‘Deze bovenstaande vier en twintig personen, hebben zig aangegeven na de Ommerschans te willen gaan, wijl enige derzelve ofschoon bedeeld, verklaren niet te kunnen leven, en de overige uit hoofde harer jongheid gene bedeling hebben, ook niet kunnen bestaan’.

Algonda Thiel staat daarop vermeld als ‘Allegonda’, geboren te Nijmegen, oud 22 jaar, en in de kolom ‘uit welke fonds en hoeveel zijn trekkende’ staat ‘8 stuiver maands, Alg Bestuur’.
( Regionaal archief Nijmegen, Oud Secretarie Archief Nijmegen, invnr 10721_1)

Algonda Thiel wordt 8 augustus 1823 de Ommerschans binnengebracht door Nijmegen. Zij krijgt in het boek gemerkt A (Drents Archief toegang 0137.01, archief van de Rijkswerkinrichtingen te Veenhuizen en Ommerschans, invnr 422) het bedelaarsnummer 1061.
Volgens die inschrijving is zij geboren 20 december 1803 te Nijmegen, als dochter van Wijnand Thiel en Wilmijn Geeziens, en heeft zij het laatst gewoond in hetzelfde Nijmegen.
Algonda Thiel heeft een ovaal aangezicht en een rond voorhoofd, bruine ogen, ronde kin, bruin krullend haar en geen bijzondere kenmerken.

Zij behoort tot de groep, genoemd in De bedelaarskolonie blz 244, die op 23/24 mei 1825 als allereersten overgaan van de Ommerschans naar het tweede gesticht te Veenhuizen.

Haar inschrijving loopt door in het boek gemerkt F, maar dat heb ik niet ingezien.