Op de site met genealogische gegevens over de familie Storimans beschrijft Theo Storimans heel mooi hoe het gezin van Cornelis Petrus Storimans na de dood van de vader en kostwinner tot armoe vervalt.

Moeder en twee dochters belanden in Hoorn en worden 14 oktober 1827de Ommerschans binnengebracht vanuit het werkhuis te Hoorn dat die dagen moet sluiten en daarom zijn klantjes in de schans moet dumpen, zie De bedelaarskolonie blz 277-278.

– Moeder Johanna van Lingen overlijdt kort na aankomst op de schans. ik heb haar niet in de inschrijfregisters kunnen vinden, de overlijdensakte meldt slechts dat zij in 1827 is overleden(Historisch Centrum Overijssel, Gemeente Ommen, Ambt, aktenummer: 35, datum: 00-00-1827, Overledene Johanna van Lingen).

– Dochter Cornelia Storimans, geboren 25 juli 1815 te Nieuwer-Amstel, krijgt in het boek gemerkt F (Drents Archief, toegang 0137.01, archief van de Rijkswerkinrichtingen te Veenhuizen en Ommerschans, invnr 425) het bedelaarsnummer 456. Zij is 1 el en twee palm, lang, heeft bruin haar en bruine ogen, een spise neus, ronde kin en geen bijzondere kenmerken. Zij overlijdt 1 april 1828.

– Het enige overgebleven familielid is Petronella Storimans, geboren 3 maart 1804 te Nieuwer-Amstel. Zij krijgt in het boek gemerkt F het bedelaarsnummer 455.
Signalement: Lengte 1 El 6 p, Haar bruin, Oogen blaauw, Neus spits, Mond ordinair, Kin rond, Merkbare teekenen scheel met het l oog.

Petronella Storimans deserteert 16 augustus 1828

—

Vier maanden later, op 19 december 1828 ,wordt zij de schans weer binnengebracht door de stad Utrecht. Ze krijgt in het boek gemerkt F het bedelaarsnummer 62. Bij dit signalement wordt het haar donkerbruin ipv bruin genoemd, de gezichtskleur nu benoemd: bleek, de neus niet meer spits maar ordinair, de mond niet meer ordinair maar groot, en de scheelheid wordt niet meer genoemd.

De inschrijving loopt door in het boek gemerkt G, waarin wordt vermeld dat Petronella Storimans is ontslagen 6 juli 1832.

–

De 3e opname begint op 20 november 1832 vanuit Zwolle. Zr ktijgy in het boek gemerkt G het bedelaarsnummer 1481.
Het signalement spreekt nu van ‘een weinig scheel’.

Petronella Storimans wordt 10 mei 1834 ontslagen

—

Ze blijft vier maand op vrije voeten en dan, 23 september 1834, volgt de vierde opname. Ze krijgt in het boek G het nummer 407.
Als merkbaar teken wordt genoteerd ‘loensende’.
Petronella Storimans wordt 20 juni 1836 ontslagen

–

Maar ze heeft een partner ontmoet in de bedelaarskolonie. Op 13 oktober 1836 trouwt ze te Ommen met Jacob(us) Tichelaar/Tiggelaar (Historisch Centrum Overijssel, toegang 123, invnr 10217).
Vanaf dat moment lopen hun geschiedenissen paralel en worden ze steeds gezamenlijk opgenomen (beginnend vanaf 17 dagen na hun huwelijk).
Dat wordt verder beschreven in het file van Jacob Tiggelaar.