Justus de Larie wordt naar de Ommerschans gezonden in het kader van een contract tussen de subcommissie van weldadigheid Leiden en de Maatschappij van Weldadigheid. Er is een lijst van alle door Leiden gezonden bedelaars in de periode tot en met mei 1825.

Justus de Larie komt aan 6 augustus 1823 en krijgt bij inschrijving in het stamboek gemerkt A (Drents Archief, toegang 0137.01, invnr 422) het bedelaarsnummer 1039, wat wordt doorgestreept en veranderd in BK 17 (BK van bijzonder Kontrakt).
Volgens die inschrijving is Justus de Larie geboren 3 oktober 1799 te Leiden, als dochter van Martin de Larie en Cornelia Torresaint. Zij is vijf voet en 2 palm lang, heeft een smal aangezicht, breed voorhoofd, zwarte ogen, dikke neus, kleine mond en blond haar en geen bijzondere kenmerken.

21 juli 2013, WS