Adrianus Christiaan Koppe, bedelaar

Adrianus Christiaan Koppe werkte als wijkmeester in de vrije kolonien van juni 1820 tot en met oktober 1837. Hij was het onderwerp van een petitie in 1821 van bewoners van Willemsoord, onder aanvoering van Nicolaas Verhulst, die toen wilden voorkomen dat hij ontslagen zou worden.

Adrianus Christiaan Koppe wordt 11 januari 1840 de Ommerschans binnengebracht vanuit NieuwLeusen.
Dat duidt erop – zie de redenatie in De bedelaarskolonie blz 132, 201 en 228 over opnames uit de directe omgeving – dat hij vrijwillig naar de schans getrokken is en zich vrijwillig heeft aangemeld voor een verblijf daar.
Hij krijgt in het boek gemerkt I (Drents Archief, toegang 0137.01, archief van de Rijkswerkinrichtingen te Veenhuizen en Ommerschans, invnr 428) het bedelaarsnummer 627.

Hij is geboren 1787 te Den Haag en zijn geloofsovertuiging is ‘gereformeerd’. Adrianus Christiaan Koppe is 1.7.2.0 lang, hij heeft een ovaal aangezicht, grijs haar en blauwe ogen, een spitse neus, een kleine mond, ronde kin en geen bijzondere kenmerken.

Adrianus Christiaan Koppe wordt 4 april 1843 ontslagen.

Maar volgens de index op de inschrijvingen keert hij later diverse keren terug en krijgt hij de bedelaarsnummers:
– L 3411,
– L 2991, en
– R 5167.

Adrianus Christiaan Koppe overlijdt 1855 oo de Ommerschans.

Na zijn dood komt ook een zoon van hem op de schans terecht:

Gerrit Hermanus Koppe, wordt 1863 binnengebracht vanuit Zwolle. Hij krijgt in het boek gemerkt W (Drents Archief, toegang 0137.01, archief van de Rijkswerkinrichtingen te Veenhuizen en Ommerschans, invnr 441) het bedelaarsnummer 2351.
Hij is geboren 23 februari 1818 te Brielle, zijn geloofsovertuiging is gereformeerd en zijn beroep kuiper.

Er is bijgeschreven dat er over hem gecorrespondeerd is: ‘missive van den 7 oktober 1863 N 3495’.
Zijn inschrijving loopt door in het volgende boek, maar dat heb ik niet ingezien.