Petronella van Drunen wordt 16 januari 1824 de Ommerschans binnengebracht door ‘de stedelijke regering van ’s Hertogenbosch’. Zij krijgt op folio 336 van het boek gemerkt A (Drents Archief toegang 0137.01, archief van de Rijkswerkinrichtingen te Veenhuizen en Ommerschans, invnr 422) het bedelaarsnummer 178.
Volgens die inschrijving is zij geboren 11 mei 1800 in een niet te ontcijferen plaats, als dochter van Joseph van Drunen en Maria Donkers, en heeft zij het laatst gewoond in ’s Hertogenbosch.

Petronella van Drunen is vier voet en negen duim lang, zij heeft een ovaal aangezicht en een rond voorhoofd, bruine ogen, een ronde kin, bruin haar en geen bijzondere kenmerken.

Petronella van Drunen behoort tot de groep, genoemd in De bedelaarskolonie blz 244, die op 23/24 mei 1825 als allereersten overgaan van de Ommerschans naar het tweede gesticht te Veenhuizen.

Zij wordt 6 september 1826 ontslagen.